Zuidas-onderonsje Baker McKenzie en Linklaters bij verkoop TMG-dochter Keesing

Advocatenkantoren Baker McKenzie en Linklaters waren afgelopen maanden de juridische adviespartijen bij de verkoop van TMG-dochter Keesing aan Ergon Capital Partners. De succesvolle closing werd dinsdag naar buiten gebracht door het moederbedrijf.

Volgens het Financieele Dagblad (FD) waren er meerdere Nederlandse kapers op de kust, maar de Belgische investeerder Ergon Capital ging uiteindelijk met de puzzeldochter aan de haal. De deal leverde Telegraaf Media Groep (TMG) 150 miljoen euro op. Met de verkoop van Keesing, dat in 2006 werd overgenomen van NPM Capital, boekte het mediabedrijf een winst van ongeveer 70 miljoen euro. 

Mede ingegeven door de nieuwe grootaandeelhouder Mediahuis, maakte TMG eerder bekend af te willen van Keesing. Ergon legt zo'n 150 miljoen euro neer voor een meerderheidsbelang van 70 procent in de puzzeldochter. De deal werd in goede banen geleid door Baker McKenzie, dat met een team onder leiding van Casper Banz de Belgische investeerder bijstond. Linklaters was als juridisch adviseur betrokken aan de zijde van TMG. 

Vorige maand zei directeur Gert Ysebaert van Mediahuis in een interviews met de Volkskrant en het FD dat er ook geen plaats meer is voor GeenStijl binnen TMG. Of die uitspraak daadwerkelijk tot een verkoop leidt, is onbekend. 

Lees ook:
Belgische investeerder Ergon neemt meerderheidsbelang in TMG-dochter Keesing
"Verkoop Keesing kan TMG 155 miljoen euro opleveren"

 

Gerelateerde artikelen