Uber wordt 30% lager gewaardeerd door een grote investeerder
Aan de opmars van de hogere waardering van Uber lijkt de laatste jaren een halt te zijn toegeroepen. De taxi-app is namelijk net zo controversieel als het populair is. Om verschillende redenen is Uber verboden in onder meer Italië, Denemarken Bulgarije, China en het noorden van Australië. Daarnaast leggen sommige gemeentes, waaronder Londen, de app aan banden.
Ook intern heeft de snelgroeiende startup niet alles op orde. De oprichter, Travis Kalanick, stapte vorige zomer gedwongen op als CEO nadat bekend werd dat de cultuur op de werkvloer niet goed was. En of dat nog niet genoeg was, kwam onlangs aan het licht dat Uber een hack probeerde te verbergen waarbij de gegevens van 57 miljoen klanten en chauffeurs zijn gestolen.
Deze tegenslagen zijn kennelijk van invloed op de waardering van het bedrijf. Het Japanse investeringsconglomeraat Softbank wil samen met Dragoneer Investment Group and General Atlantic een belang van 16% kopen voor meer dan 6 miljard dollar, wat zou resulteren in een totale waardering van bijna 50 miljard dollar – 30% lager dan de in de laatse investeringsronde.
Dit nieuws komt van Bloomberg dat zich baseert op anonieme bronnen.
De nieuwe CEO, Dara Khosrowshah, is al akkoord met de nieuwe investering. De verkopende aandeelhouders moeten echter ook hun ja-woord geven. Hoewel deze waardering lager is dan in de vorige ronde, zullen aandeelhouders van het eerste uur alsnog veel geld verdienen aan een verkoop bij deze waardering. Khosrowshah mikt in 2019 op een beursgang van Uber.