Nederlandse M&A onderscheidend in Europa en de wereld

Het aantal fusies en overnames op de Nederlandse markt is vorig jaar aanzienlijk toegenomen vergeleken met 2018.

Dit blijkt uit halfjaarlijks onderzoek van KPMG naar de bewegingen op de internationale fusie- en overnamemarkt.

In 2019 vonden 852 transacties plaats, 12 procent meer dan de 760 deals in 2018. Ook de waarde van de transacties zat vorig jaar flink in de lift. In 2019 bedroeg de totale waarde van de deals 80 miljard euro, een stijging van ruim 60 procent ten opzichte van 2018. In dat jaar werd voor een bedrag van 49 miljard euro aan fusies en overnames gedaan. Nederland onderscheidt zich hierin duidelijk ten opzichte van de rest van Europa en de wereld, waar zowel het aantal deals als de totale waarde van de deals afnamen.

Wereldwijd daalde het aantal transacties van ruim 21.000 tot bijna 20.000 en nam de totale waarde licht af, van 3.021 miljard euro in 2018 tot 3.010 miljard euro in 2019. Het totaal aantal transacties in Europa daalde van circa 8.500 tot circa 8.200. 

“Gezien de recente berichtgeving dat momenteel de ‘top van de cyclus’ bereikt zou zijn, kun je stellen dat de M&A activiteit in Nederland wat laat-cyclisch is. Gezien de verdere toename van de deal activiteit in Nederland vormen we een echte uitzondering ten opzichte van Europa en de wereld”, zegt Danny Bosker, partner bij KPMG Corporate Finance.

Entry investeringen van private equity partijen nemen nog steeds fors toe
Nederlandse en buitenlandse financiële investeerders waren in 2019 goed voor 238 transacties op de Nederlandse fusie- en overnamemarkt (circa 28%). Bij iets meer dan 60 procent van deze transacties ging het om een entry investering, waarbij een onderneming in handen van een niet-financiële partij wordt gekocht door een financiële investeerder.

Het aantal exit deals, transacties waarbij sprake is van de verkoop van een bedrijf of delen ervan door een financiële investeerder aan een niet-financiële investeerder (strategische koper), kwam uit op 60, zo’n 25 procent. Bij 14 procent van de financiële transacties ging het om een secondary, een deal tussen twee financiële investeerders.

Bosker: “Het feit dat financiële investeerders, ondanks de huidige recordhoogte aan prijsniveaus, nog altijd goed zijn voor zo’n derde van alle transacties op de Nederlandse markt zegt iets over de hoeveelheid aan beschikbaar kapitaal (‘dry powder’) en geeft ook de druk aan die private equity ervaart om het geld ‘aan het werk’ te zetten door het doen van investeringen. Het is bovendien opvallend dat zij vooral actief blijven aan de koperskant.

Financiële investeerders zijn in toenemende mate een ‘netto koper’, gezien het hogere aantal entry investeringen ten opzichte van het aantal exit deals. Gegeven het historisch hoge prijsniveau zou je verwachten dat private equity partijen aan de inkoopkant wat meer terughoudend zouden zijn en vooral aan de verkoperskant actief zijn. De data laten echter het tegenovergestelde zien.”

M&A activiteit in Nederland sterk internationaal georiënteerd
Nederland is in trek bij buitenlandse investeerders. Bij de meerderheid van de 852 transacties die vorig jaar plaatsvonden, ging het bij circa 60 procent om een cross-border deal, waarbij een Nederlandse koper een buitenlandse target overnam (‘import’), of waarbij een Nederlandse onderneming door een buitenlandse partij werd overgenomen (‘export’). Bij circa 40 procent (329 transacties) was sprake van een deal tussen twee Nederlandse partijen.

Bosker: “Het verschil tussen het aantal overnames door buitenlandse kopers van Nederlandse targets en het aantal overnames door Nederlandse bedrijven in het buitenland wordt steeds groter. In 2017 en 2018 bedroeg de netto ‘export’ nog zo’n 60 transacties. Vorig jaar is dit verschil opgelopen tot 83 transacties, een stijging van ruim 38 procent. Een teken dat Nederlandse bedrijven steeds meer in de belangstelling staan van buitenlandse ondernemingen.”

Historisch hoog prijsniveau
“Als wij kijken naar de mediane EV/EBITDA-ratio ontwikkeling, dan zien we dat in Nederland de waardering van ondernemingen nog steeds toeneemt”, constateert Bosker. Bosker: “In Europa en de rest van de wereld vallen de waarderingen lager uit dan in 2018. Wereldwijd daalden de waarderingen uitgedrukt in deze ratio van 11.8x in 2017 naar 11.1x vorig jaar. In Europa zien wij een vergelijkbare daling.

In Nederland daarentegen zien wij een tegenovergestelde beweging waarbij de EV/EBITDA ratio gestegen is van 10.5x in 2017 naar 11.8x in 2019. Dit onderschrijft de kwaliteit en aantrekkelijkheid van Nederlandse bedrijven, maar laat ook zien dat er bepaald geen sprake is van een uitverkoop van de BV Nederland.”

Gerelateerde artikelen