John de Mol moest niets weten van beursgang
Er is een groot verschil tussen ondernemen en het leiden van een groot bedrijf, laat staan beursgenoteerd. Dat bewijst de keuze van John de Mol, die zich weer voor de volle honderd procent wil toeleggen op het maken van mooie programma's en daarom zijn bedrijf heeft verkocht.
Gisteren werd bekend dat de Nederlandse ondernemer zijn televisiebedrijf Talpa voor 500 miljoen heeft verkocht aan het Britse ITV. Als De Mol, die wel programma’s blijft maken bij het bedrijf, met Talpa in de toekomst aan de winstdoelstellingen voldoet, krijgt hij nog eens 600 miljoen euro. Daarvoor moet hij acht jaar bij het bedrijf betrokken blijven. De deal die De Mol heeft bedongen, is een verstandige keuze. Nu kan hij zich weer volledig richten op het maken van de nieuwe Voice of Holland of Big Brother.
In een persconferentie gaf hij gisterenavond een toelichting. “Een paar maanden geleden moest ik een week naar het ziekenhuis”, zei De Mol. “Daar kwam ik er achter dat ik inmiddels dertig procent van mijn beschikbare uren – en iedereen weet dat ik nogal wat uren maak in een week – vast stond in mijn agenda voor allerlei gestructureerde vergaderingen. Ook stonden er heel veel afspraken in mijn agenda, waarvan ik dacht: waarom doe ik die eigenlijk.”
Verantwoordelijkheid
De dagelijks leiding van het bedrijf was en is al in handen van CEO Pim Schmitz. Maar je kunt je als eigenaar "niet van bepaalde verantwoordelijkheden distantiëren”, gaf de miljardair aan. Dat samen met het feit dat er een jaar geleden interesse stond van kopers uit de hele wereld, deed hem beslissen tot verkoop. "Ik word over een paar weken zestig en ik denk dat de timing zakelijk gezien ook goed is. Nu ben ik nog een asset van het bedrijf terwijl ik over vijf jaar misschien een liability word, en dat zou ik natuurlijk niet willen."
De dagelijks leiding van het bedrijf was en is al in handen van CEO Pim Schmitz. Maar je kunt je als eigenaar "niet van bepaalde verantwoordelijkheden distantiëren”, gaf de miljardair aan. Dat samen met het feit dat er een jaar geleden interesse stond van kopers uit de hele wereld, deed hem beslissen tot verkoop. "Ik word over een paar weken zestig en ik denk dat de timing zakelijk gezien ook goed is. Nu ben ik nog een asset van het bedrijf terwijl ik over vijf jaar misschien een liability word, en dat zou ik natuurlijk niet willen."
De Mol had ook kunnen cashen met een beursgang maar aan die optie heeft hij geen moment gedacht. De vijf jaar dat zijn vorige bedrijf Endemol een beursgenotering had, was de vervelendste tijd van zijn leven. "Structureren, vergaderingen, cijfers en noem alles maar op,” zo blikte De Mol gisterenavond terug op Endemol dat van 1996 tot 2000 een notering had. “Dat vind ik gewoon echt niet leuk."
Afkeer van de rompslop rond een beursnotering is een bekend fenomeen onder ondernemers. Zo maakte ook Hans Breukhoven in 1990 de ‘fout’ om zijn platenzaak Free Record Shop naar de beurs te brengen, iets waar hij veel spijt van kreeg. Regelmatig gaf hij aan moe te worden van de constante verantwoording die hij moest afleggen aan beleggers en toezichthouders, en alle bureaucratie die daarbij kwam kijken. Twaalf jaar na de beursgang in 2002 kocht hij zijn Free Record Shop terug van de beurs.
Van kolos naar minibedrijf
Soms wordt een onderneming zelfs zo groot, dat een oprichter zijn eigen creatie de rug toe keert, zoals bij de bekende belegger Bill Gross afgelopen september gebeurde. De 71-jarige Amerikaan verliet Pimco, een beursgenoteerd fondshuis dat hij in 1971 heeft helpen oprichten. Pimco is inmiddels uitgegroeid tot een kolos dat meer dan anderhalf biljoen dollar beheert. Het fonds dat Gross daar nog managede, het Total Return Fund, was het grootste obligatiefonds met 220 miljard dollar onder beheer.
Soms wordt een onderneming zelfs zo groot, dat een oprichter zijn eigen creatie de rug toe keert, zoals bij de bekende belegger Bill Gross afgelopen september gebeurde. De 71-jarige Amerikaan verliet Pimco, een beursgenoteerd fondshuis dat hij in 1971 heeft helpen oprichten. Pimco is inmiddels uitgegroeid tot een kolos dat meer dan anderhalf biljoen dollar beheert. Het fonds dat Gross daar nog managede, het Total Return Fund, was het grootste obligatiefonds met 220 miljard dollar onder beheer.
Gross verruilde zijn immense geesteskind om te gaan werken bij een fonds van Janus Capital dat slechts enkele tientallen miljoenen groot is. “I look forward to returning my full focus to the fixed income markets and investing, giving up many of the complexities that go with managing a large, complicated organization,” zo verklaarde hij. En zo zijn er nog veel meer verhalen van ondernemers die erachter kwamen dat er een groot verschil zit tussen ondernemen en het leiden van een groot bedrijf.
De Mol gaf gisterenavond aan zich door de verkoop bevrijd te voelen van de managementtaken die kwamen kijken bij het snel groeiende Talpa. Met een omzet van €230 mln en zeshonderd medewerkers ging steeds meer tijd daaraan verloren. Om naast de 500 miljoen – ook nog de resterende 600 miljoen – binnen te harken, moet De Mol de komende acht jaar echter nog wel de ebitda van 85 miljoen naar 130 miljoen euro opkrikken. Maar dat zal vast geen probleem zijn nu hij zich weer met volledig – en met het volle plezier – bezig kan houden met het maken van innovatieve programma’s.
Bekijk hieronder de persconferentie van John de Mol