Damen Shipyards: Hollands Glorie herleeft
Eeuwenlang Hollands Glorie, die Nederlandse scheepsbouw. Maar na het debacle rond Rijn-Schelde-Verolme (RSV) – faillissement in 1983, ruim 1 miljard euro aan overheidssteun en belastinggeld spoorloos – verworden tot Hollands Drama. Op een handvol uitzonderingen na. Met als belangrijkste: Damen Shipyards, trotse wereldspeler en druk met overnames en samenwerkingsverbanden. Om mee te kunnen doen in de lucratieve business van luxe cruiseschepen en hightech lethal onderzeeboten.
In de maritieme wereld is het geen topmilitair geheim: één van de vetste orders waar scheepswerven likkebaardend op azen, is de prestigieuze bouw van vier nieuwe onderzeeërs voor de Koninklijke Marine. En al bestaan er geen prijslijstjes voor onderzeeboten; geschatte kosten voor de nieuwe onderwater-vloot liggen volgens experts tussen de 4,0 en 4,5 miljard euro. Voor de bouwers zal het uiteindelijk nog veel lucratiever blijken, mochten de boten – noem onderzeeërs nooit schepen – door exportlanden als Canada, Duitsland, Noorwegen en Zweden worden besteld.
Buitenland kijkt mee
Damen Shipyards uit Gorinchem is dé belangrijkste kandidaat om de opvolgers van de vier huidige Walrus-klasse onderzeeboten te gaan bouwen. Omdat er inmiddels Kamerbrede overeenstemming is over het na 2025 vervangen van Walrus, Dolfijn, Zeeleeuw en Bruinvis wordt einde dit jaar een definitief politiek ‘ja’ verwacht. Het buitenland kijkt mee, omdat Nederland een reputatie hoog heeft te houden daar waar het om de bouw van dieselelektrische onderzeeërs gaat.
Ook om die reden heeft het voortdurend naar expansie zoekende Damen Shipyards samenwerking gezocht met Saab Kockums. Want de Zweden excelleren in het bouwen van de sigaarvormige omhulsels van onderzeeboten met stealth-kenmerken; onzichtbaar voor vijandelijke radar. Bovendien hebben de Scandinaviërs ervaring met luchtonafhankelijke voortstuwing, een nieuwe techniek. Omgekeerd geldt Nederland al sinds 1906 als pionier op het gebied van onderzeeërs. Van de 64 boten die de Koninklijke Marine in dienst had en heeft, werden alle nieuwelingen – een klein aantal werd ‘tweedehands’ van buitenlandse mogendheden gekocht – in Vlissingen of Rotterdam gebouwd. De vier boten van de Walrus-klasse gelden internationaal als fluisterstil, groot voordeel ten opzichte van nucleair aangedreven schepen. Bovendien is hun diepgang extreem groot en ultrageheim.
Lees ook: CFO Damen Shipyards Group zoekt balans tussen ondernemerschap en beheersing (CFO.nl)
Meer speerpunten
Maar Damen Shipyards heeft meer speerpunten dan alleen dat vooralsnog uiterst winstgevend lijkende vervangingsprogramma voor de Walrus-klasse. Zo werd vorig jaar Keppel Verolme overgenomen, voortgekomen uit het verdoemde RSV. Nadat RSV 35 jaar geleden failliet ging waarbij 1 miljoen euro aan overheidsgeld verdampte, werd het bedrijf opgekocht door de in Singapore gevestigde Keppel Corporation. Keppel Verolme heeft een grote werf voor scheepsonderhoud en scheepsreparaties in de Botlek. De overnameprijs blijft in nevelen gehuld. Maar Keppel Verolme kreeg drie jaar geleden opnieuw met grote tegenslagen te maken bij het up-to-date brengen van de Oasis of the Seas, toen ‘s werelds grootste cruiseschip. De arbeidsinspectie legde de eigenaar, rederij Royal Caribbean, torenhoge boetes op vanwege het niet nakomen van Nederlandse regelgeving bij de verbouwing en modernisering van de zeereus. Waarna er nooit meer een cruiseschip koers zette naar de ‘besmette’ werf.
Boortorens en cruiseschepen
Omdat de malaise in de offshore-industrie heeft geleid tot magere orderportefeuilles in de sector, kondigde Damen vorig jaar het ontslag van 150 personeelsleden aan. Keppel Verolme neemt afscheid van 100 van de 350 mensen in vaste dienst. Maar de belangrijkste reden voor Damen Shipyards om Keppel Verolme over te nemen is nog altijd het uit 1970 stammende mammoet-droogdok van 90 bij 405 meter van dat laatste bedrijf bij Rozenburg, in de Botlek. Twintig meter diep en geschikt ‘s werelds grootsten, zoals de Oasis of the Seas. Én destijds zo’n dure scheepsreparatie-werkplaats dat oplevering en prijs meteen het definitieve einde van Verolme als zelfstandig concern inluidde en de Singaporezen instapten.
Damen moest het tot de overname doen met een dok van maximaal 46 bij 307 meter. Nu heeft het familiebedrijf voor het eerst capaciteit om ‘s werelds grootste schepen en offshore bodems te onderhouden en te repareren. Bijvoorbeeld boortorens. En, nog belangrijker, want komende jaren als hausse-segment nummer 1 beschouwd: cruiseschepen.
Speler van belang
Met vier werven in Nederland – twee bij Rotterdam, één in Vlissingen, één in Amsterdam – 9000 personeelsleden én de mondiale exploitatie van 33 scheeps- en reparatiewerven is het in 1927 opgerichte Damen ook internationaal een speler van belang. Om die positie te consolideren en zelfs te versterken, koopt Damen Shipyards wanneer zich een mogelijkheid voordoet. Zo werd vorig jaar een meerderheidsbelang genomen in de scheepswerf van Daewoo Mangalia Heavy Industries in Roemenië. Mangalia ligt aan de Zwarte Zee, de werf bestrijkt een oppervlakte van 980.000 vierkante meter, heeft drie droogdokken met een totale lengte van duizend meter. Mangalia was voor een belangrijk deel in handen van de Zuid-Koreanen van Daewoo Shipbuilding & Marine Engineering. Damen Shipyards heeft in Roemenië al de Galati-werf, waar ook veel marineschepen worden gebouwd.
Verheugd met Damen
Naast de overname van Keppel Verolme is Damen Shipyards onlangs nog een belangrijke deal aangegaan. Een joint venture met Concordia leidt tot Concordia Damen Shipbuilding, het nieuwe bedrijf gaat samen binnenvaartschepen bouwen en verkopen. Ook nu is niet bekendgemaakt hoeveel de bedrijven in de fusie investeren. De ceo van Concordia, Chris Kornet: “We zijn zeer verheugd om samen met Damen onze activiteiten op de binnenvaartmarkt uit te breiden. En kijken uit naar de samenwerking met Damen en haar internationale netwerk van scheepswerven en sales- en service-activiteiten.”
Concordia is zeventien jaar actief in Nederland, en opereert sinds 2007 ook internationaal. De al langer bestaande binnenvaartafdeling van Damen verhuist van de hoofdvestiging in Gorinchem naar het kantoor van Concordia in Werkendam.
Damen Shipyards werd in 1927 opgericht door de broers Jan en Marinus. Van 9 werknemers toen groeide het concern tot 9000 medewerkers nu. ‘At Damen it’s all about ships. We design them. We build them. We service them. We love them.’ De werf begon als familiebedrijf en is dat nu nog steeds. Met anno 2018 sleutelrollen voor Kommer en Arnout Damen. Recordomzet en winst werden in 2015 bereikt; respectievelijk 2,1 miljard en 73 miljoen euro. Door de crisis in de offshore verminderde dat tot 1,8 miljard en 30 miljoen euro. Maar de Damen Shipyards orderportefeuille is met 2,75 miljard euro inmiddels weer goed gevuld.