China belangrijk voor Philips
Volgens topman Frans van Houten is er vooral veel vraag bij Chinese ziekenhuizen naar nieuwe zorgtechnologie. Daarmee weet het Nederlandse concern, dat zich tegenwoordig sterkt toelegt op de medische wereld, het zwakkere consumentenvertrouwen in China te pareren.
Chinese ziekenhuizen zitten te springen om bijvoorbeeld geavanceerde diagnosesystemen. Dat heeft te maken met de vergrijzende bevolking in het ruim een miljard inwoners tellende land. Ook zet de overheid er momenteel sterk in op het up-to-date brengen van de gezondheidszorg.
Politieke onrust bemoeilijkt het zakendoen met China voor Philips overigens wel. Het bedrijf heeft last van de importtarieven die China en de Verenigde Staten hebben opgeworpen in hun handelsoorlog. Daardoor ziet Philips zich genoodzaakt zijn hele productieketen stevig aan te passen. Er wordt bijvoorbeeld meer lokaal geproduceerd om heffingen te omzeilen.
Topman Van Houten had eerder al eens aangeven dat de impact van de handelsoorlog op de resultaten in 2019 waarschijnlijk uitkomt op 60 miljoen euro. De Philips-baas rekent erop dat de tegenwind in de loop van dit jaar wat zal afnemen. Voor de Chinese markt voorziet hij daarbij aanhoudende groei.
Over de gehele linie wist Philips afgelopen jaar te voldoen aan de eigen financiële doelstellingen. De jaaromzet dikte op vergelijkbare basis met 5 procent aan tot 18,1 miljard euro. Philips slaagt er de laatste tijd bovendien in om veel nieuwe contracten van onder meer ziekenhuizen in de Verenigde Staten in de wacht te slepen.
De nettowinst over 2018 viel wel lager uit. Onder de streep bleef bijna 1,1 miljard euro over, tegen 1,9 miljard euro in het voorgaande jaar. Die winstdaling had vooral te maken met het terugbrengen van het belang in de voormalige verlichtingsdivisie Signify. Philips kondigde dinsdag verder een dividendverhoging aan en de start van een aandeleninkoopprogramma ter waarde van 1,5 miljard euro.