Akzo in overnamegevecht met Amerikaanse concurrent
De Amerikaanse verfmaker PPG heeft het overnamebod op zijn Finse branchegenoot Tikkurila verhoogd naar ruim 1,5 miljard euro. Dat doet PPG als reactie op een bod van AkzoNobel. Het Nederlandse verfconcern bleek vorige maand bereid om 1,4 miljard euro neer te tellen voor Tikkurila.
PPG heeft de steun van aandeelhouders die bijna 30 procent van de aandelen in Tikkurila bezitten. Zij hebben nu al toegezegd hun belang aan de Amerikanen te verkopen. Ook staat het bestuur van Tikkurila unaniem achter het nieuwe bod.
Als PPG meer dan tweederde van de aandelen aangeboden krijgt, zet het zijn bod door. Ze zijn dus al bijna halverwege. Die grens was bij het vorige bod overigens nog aanzienlijk hoger: minimaal 90 procent.
PPG wijst er verder op dat het voor hen makkelijker is om goedkeuring te krijgen van toezichthouders, omdat ze zelf niet veel activiteiten in Scandinavië en de Baltische Staten hebben. Dat betekent dat de deal sneller gesloten kan worden en ook dat er meer baanzekerheid is voor de medewerkers van Tikkurila, aldus PPG.
AkzoNobel, bekend van merken als Flexa en Sikkens, meldde zich vorige maand voor Tikkurila met een bod dat hoger was dan het oorspronkelijke bod van PPG, dat in Nederland bekend is van verfmerk Histor. Het Nederlandse verfbedrijf zou bij een overname van Tikkurila zijn eigen Scandinavische en Baltische activiteiten verkopen aan de Deense branchegenoot Hempel.
AkzoNobel en PPG hebben een historie. In 2017 probeerde PPG om AkzoNobel, tegen de zin van het bedrijf, over te nemen. Dat mislukte uiteindelijk, maar leidde er wel toe dat AkzoNobel zijn speciaalchemietak verkocht en als puur verfbedrijf doorging. Volgens AkzoNobel-topman Thierry Vanlancker speelde die geschiedenis geen rol bij het bod op Tikkurila.
(ANP)