Young M&A: “Mijn einddoel is het partnerschap, iets wat ik nooit had gedacht toen ik begon.”
Femke Prins is sinds zes jaar als advocaat in dienst bij Lexence en werd het afgelopen jaar genomineerd voor de Young Talent M&A Award. De complexiteit van het werkveld is volgens haar aantrekkelijk, maar het tempo van innovatie in de klassieke advocatenwereld noemt Prins vergeleken met andere sectoren ‘vaak langzaam’.
Hoe ben je in het M&A-vak gerold?
“Via een ongewone route, want ik heb geen M&A-achtergrond. Tijdens de rechtenstudie richtte ik mij op het strafrecht. Dat leek op papier heel spannend, maar de praktijk viel tegen. Mijn voorkeur ging uit naar een gebied waar je sneller kon groeien en een bredere kennis voor nodig hebt. Het vak Ondernemingsrecht vond ik uitdagender dan de strafrechtvakken. Bij mijn sollicitatie voor een stageplek bij Lexence heb ik open kaart gespeeld over mijn strafrechtachtergrond. Dat was geen probleem: ‘M&A leer je pas in de praktijk’ werd mij gezegd.”
En hoe was de eerste kennismaking met de praktijk?
“Bij Lexence hoef je niet in het eerste jaar alleen maar due-diligence-onderzoek te doen, maar mocht ik gelijk mee naar allerlei besprekingen. Soms had ik geen idee wat er exact besproken werd. Collega’s stelden mij gerust en verzekerden dat alle informatie op een zeker moment landt. Dat bleek inderdaad het geval.”
Wat is het belangrijkste in het M&A-vak?
“Dat je snel kunt schakelen. Daarnaast moet je over een brede kennis beschikken of weten waar je missende kennis kunt uitvragen. Bij deals doe je regelmatig een beroep op kennisvelden als arbeidsrecht, litigation, ondernemingsrecht of een koopprijsbepaling. Zelf doe ik veel deals waar ons private equity team bij betrokken is, zij weten alles van de financiële kant. Schroom niet om tijdens besprekingen vragen te stellen daar leer je snel van. Verder is flexibiliteit belangrijk.”
Flexibiliteit als in lange werkdagen maken ten koste van het privéleven?
“Van het M&A-vak wordt vaak gezegd dat het moeilijk te combineren is met een privéleven. Dat zie ik niet zo, het is volledig afhankelijk van de partners voor wie je werkt. Als ik ineens weg moet voor mijn dochter kan dat, maar als dienstverlener is het belangrijk om beschikbaar te zijn. Op mijn vrije dag ben ik altijd bereikbaar voor cliënten, vaak ondernemers die ook een volle agenda hebben. En een deal moet soms nu eenmaal snel geclosed worden. Ook voor vragen van mijn stagiaires, die overigens veel werk uit handen nemen, ben ik altijd bereikbaar.”
Wat probeer je stagiairs mee te geven?
“Zelf heb ik baat gehad bij het meekijken bij praktische zaken. Door op dezelfde kamer als stagiairs te werken kunnen ze dingen meepikken van simpele zaken als telefoongesprekken. Daarnaast probeer ik hen ook te betrekken bij gesprekken en calls. Zelf wist ik zes jaar geleden niets, dus het geeft voldoening om mijn opgedane kennis te kunnen overbrengen.”
Hoe kijk je tegen de huidige M&A-markt aan?
“Toen ik begon hadden we nog wel eens rustige tijden, maar die bestaan inmiddels niet meer. We draaien veel deals, steeds vaker met een grensoverschrijdend karakter. De hoeveelheid werk zie ik voorlopig niet afnemen. Anderzijds worden flink hogere multiples betaald dan een paar jaar geleden, maar of dit duidt op een bubbel durf ik niet te zeggen. In ieder geval zie ik weinig angst in de markt.”
Zie je het vak de komende jaren veranderen?
“De advocatuur is een traditionele sector waar innovatie vaak langzaam gaat in vergelijking met andere sectoren, al staat het onderwerp bij Lexence gelukkig hoog op de agenda. Er staat een hoop te gebeuren. Due-diligence-onderzoek wordt in de toekomst helemaal geautomatiseerd. Dat is een prettig vooruitzicht, want het is niet het leukste werk. Hierdoor zullen M&A-advocaten nog meer aangewezen zijn op hun dienstverlenende karakter en specialistische kennis.
Wat zijn je eigen ambities binnen het M&A-vak?
“Mijn einddoel is het partnerschap, iets wat ik nooit had gedacht toen ik begon. Bij Lexence heb ik het er erg naar mijn zin en ik probeer een eigen praktijk op te bouwen.”