Met deze stappen wordt Nederland een tech-paradijs
Tijdens Ignite 2022 – een digitaal event van Techleap.nl, een organisatie die het startup ecosysteem in Nederland verder helpt – werd officieel het ‘State of Dutch Tech’-rapport uitgebracht waarin de staat van het Nederlands tech-landschap wordt beschreven. En die staat is uitstekend.
Behalve dat Nederland consequent behoort tot de top van plaatsen ter wereld om te wonen en te werken, is het land volgens het World Economic Forum ook de vierde meest concurrerende economie van Europa. Vandaag de dag telt het kikkerlandje 11.000 startups van 19.000 founders en met 145.000 werknemers. Het heeft 2,6 keer zoveel startups per miljoen inwoners als het Europese gemiddelde (vóór het VK, Duitsland en Frankrijk). De waarde van de Nederlandse tech-scene wordt in het rapport geschat op 300 miljard euro.
2021 was een erg goed jaar voor startups. Volgens het rapport werd er afgelopen jaar in totaal voor 5,6 miljard euro aan durfkapitaal geïnvesteerd, wat drie keer meer is dan in 2020.
Tot zover het goede nieuws, want er valt volgens het rapport nog wel een en ander te winnen.
Megakansen in deeptech
Startups zijn volgens Techleap.nl onze beste hoop om de grote uitdagingen waar de planeet mee kampt – klimaatverandering, afval, verlies van biodiversiteit, ongelijkheid, water- en voedselschaarste – tijdig op te lossen en een ‘future proof’ economie te bouwen.
Nederlandse tech-startups blinken uit in sectoren als life sciences, fintech, food en water. Onze infrastructuur, onze talen en onze bereidheid om samen te werken maken ons tot een van de best verbonden ecosystemen ter wereld. Geen wonder dus dat Atomico's laatste 'State of European Tech'-rapport ons de 'ster' van de Europese technologie noemt.
Nederland is het land van oorsprong van een behoorlijk aantal technologische innovaties, waaronder wifi en aandelenmarkten. Echter, de opkomst van de data-economie werd, net als door andere Europese landen, gemist. De boodschap die tijdens Ignite werd verkondigd was daarom luid en duidelijk; laten we niet nog een keer de boot missen en op het gebied van deeptech – de inzet van revolutionaire technologie om wereldwijde uitdagingen op te lossen – zorgen dat we vooroplopen.
Dat vraagt wat van het ecosysteem. In een aantal panels bogen experts zich tijdens het event over de zaken die nog ontbreken of beter kunnen.
‘Upside potential’ voor talent
Als startups willen concurreren met gevestigde (tech-)bedrijven op het gebied van talentmanagement, hebben ze daar middelen voor nodig, zoals een aantrekkelijke optieregeling. In andere landen is het gemakkelijker om werknemers te belonen met aandelen binnen een startup. In Nederland moet over zo'n werknemersbeloning direct belasting worden betaald. Dit in tegenstelling tot andere landen waar pas belasting wordt betaald als het aandeel te verhandelen is. Dit moet veranderen.
“Werknemers die zich uit de naad werken voor een startup zouden moeten meeprofiteren als de onderneming succesvol wordt als beloning voor hun werk", zegt Derk Arts, oprichter en CEO van Castor EDC. “Je vraagt ze met je mee te gaan op jouw journey. Dat is voor hen een risico. Er moet dus ook een upside potential zijn voor talenten die besluiten onderdeel te willen zijn van je startende onderneming.”
Aantrekken van seed kapitaal
Bij het aantrekken van kapitaal zit het probleem volgens de experts vooral in de early stage fase. Venture capital-fondsen stappen veelal in de grote investeringstickets en buitenlandse investeerders komen ook zelden vóór Series B of Series C aan boord. Ook pensioenfondsen steken slechts 0,01 procent van hun kapitaal in venture capital.
“Dit is dramatisch", zegt Janneke Niessen, serie-ondernemer en oprichter van Capital T. “Venture capital fondsen zijn helemaal aligned met hun missie om grote maatschappelijke impact te bereiken. Door in de seed fase te investeren kunnen ze echt bijdragen aan de grote transities. In andere landen gebeurt dit ook. Een gemiste kans.”
Constantijn van Oranje, Special Envoy van Techleap.nl, sluit zich hierbij aan. “Dit is echt een no brainer. Als ze slechts één procent van hun vermogen zouden inleggen, zou Nederland een van de grootste VC-investeerders ter wereld worden. Het probleem is dat het nog aan kennis ontbreekt. Venture capital is heel anders dan private equity, maar de rendementen zijn nu hoger. De Raden van Bestuur van pensioenfondsen moeten daarom besluiten: ‘dit gaan we doen'. Vervolgens moeten ze de kennis ontwikkelen over deze asset class en de middelen gaan alloceren.”
Een ander probleem is volgens Niessen dat angel investeerders niet makkelijk te vinden zijn. “Ze zijn niet georganiseerd in Nederland, dus ze moeten echt in je netwerk zitten.”
'Think big’
Hoewel het een jaar van groei was, converteert slechts iets meer dan één op de vijf (21%) startups naar scale-up. Ter vergelijking: Europese tegenhangers hebben gemiddeld 60 procent conversie. Het is cruciaal voor Nederland dat techbedrijven de kans hebben om door te groeien zodat hun oplossingen echt impact kunnen maken in de markt.
Gebrek aan talent en kapitaal zijn belemmeringen, maar zeker niet de enige. Nederlandse ondernemers lijken vaak ambitie te missen en meer de nadruk te leggen op het starten van een bedrijf en het bereiken van autonomie, dan het succesvol te laten doorgroeien. “Het draait uiteindelijk allemaal om de ondernemer", zegt Constantijn van Oranje. “Die moet groot denken. Groeien is een hoop gedoe, maar als de ondernemer niet groot denkt en de ambitie heeft om door te groeien tot unicorn, gaat een investeerder ook niet met je meedoen.”
Ook voor de politiek is er een belangrijke rol weggelegd. In het recent gepresenteerde regeerakkoord, worden transities op het gebied van klimaat, zorg en de circulaire economie eruit gelicht en ontvangen forse middelen. Maar daar waar het kabinet tientallen miljarden vrijmaakt om de problemen rondom de transities op te lossen, ontbreekt de rol van het innovatieve bedrijfsleven in het oplossen hiervan, net als de middelen en ideeën om bedrijven uit de nieuwe innovatieve economie dit te laten aanjagen. Landen als Duitsland en Frankrijk geven hier wel duidelijk prioriteit aan in hun overheidsbeleid (zoals een belastingaftrek voor investeerders), waardoor de ontwikkelingen in de techsector in die landen veel harder gaan.
“De ambities in het regeerakkoord over ‘toekomstig verdienvermogen’ en maatschappelijke transities zullen niet gehaald worden zonder effectieve digitalisering en innovatieve startups", besluit Constantijn van Oranje. “Zij zijn de motor van de nieuwe economie. Iedere sector krijgt zijn Tesla, Beyond Meat, Amazon, Adyen of Moderna. Het Nederlandse verdienvermogen zal afhangen van onze capaciteit om de groei van dit soort bedrijven te faciliteren. Voorlopig ontbreekt het aan vroege fase kapitaal, IT-talent, ambitieuze ondernemers en een effectieve valorisatie praktijk om dit waar te maken. Daar liggen voor de overheid, universiteiten, investeerders en ondernemers de grote gezamenlijke uitdagingen.”