Sijnja: ‘wettelijke bedenktijd is symboolpolitiek’

Henk Arnold Sijnja (DLA Piper): Nederlandse bedrijven niet beter beschermen tegen buitenlandse overnames middels het wetsvoorstel 'Wettelijke bedenktijd'.

‘Het wetsvoorstel wettelijke bedenktijd is ingediend door het kabinet, kort na de overnamepogingen van Unilever en AkzoNobel twee jaar geleden. In de samenleving – en in het bijzonder in de politiek – heerste toen de opvatting dat Nederland zijn kroonjuwelen aan het verkopen was. Unilever werd benaderd met een vijandelijk overnamebod door wereldleider Kraft Heinz en kort daarna gebeurde hetzelfde bij AkzoNobel door wereldwijde verfleverancier PPG’.

 

Wat is de definitie van een vijandelijk bod? Sijnja: ‘Dit is een bod door een koper op een beursonderneming die niet wenst te worden overgenomen. De primaire verantwoordelijkheid – om te beoordelen of een overnamepoging vijandelijk of gewenst is – ligt bij het bestuur en de raad van commissarissen.’

Complexiteit

Wanneer een beursgenoteerd bedrijf niet overgenomen wíl worden, kan het bestuur toch tegen elk bod ‘nee’ zeggen? Sijnja: ‘Niet de directie en het bestuur beslissen of de betreffende beursonderneming wordt verkocht, dat is aan de aandeelhouders. Zij zijn de eigenaren. De aandelen van Nederlandse beursvennootschappen zijn voor meer dan 80 procent in buitenlandse handen, zoals internationale beleggings- en pensioenfondsen en private equity. Het doel van de directie en het bestuur is het – op lange termijn – voortbestaan van de onderneming, waarbij de strategie gericht is op waardecreatie. Zij moeten denken en handelen in het belang van de onderneming, wat inhoudt dat zij bij een goed bod rekening moeten houden met het aandeelhoudersbelang. Tegelijkertijd hebben dergelijke grote ondernemingen vaak duizenden werknemers, productiefaciliteiten en hebben een belangrijke band met de samenleving. Daardoor moeten zij ook rekening houden met de werknemersbelangen, afnemers en investeerders.’

Wettelijke bedenktijd

Wat lost de wet ‘wettelijke bedenktijd’ op? Sijnja: ‘Na een overname is men in bezit van de aandelen en daardoor wel eigenaar, maar daarmee heeft men nog geen beslissingsbevoegdheid. Het eerste wat een overnemer daarom doet, is het bestuur wisselen. Dat is noodzakelijk om daadwerkelijk zeggenschap te krijgen. De wet ‘wettelijke bedenktijd’ schorst voor 250 dagen het recht van aandeelhouders op om het bestuur en de raad van commissarissen te wijzigen. Het is een middel om een vijandige overnamepoging tegen te houden of een activistische aandeelhouder af kan brengen van zijn – misschien wel – goed bedoelde acties of mooie bod.’

Symboolpolitiek

‘De checks and balances die er op dit moment in het ondernemingsrecht zijn, ofwel de macht van de aandeelhouder versus de macht van het bestuur en de raad van commissarissen, vind ik al gebalanceerd genoeg. Het bestuur en de raad van commissarissen hebben genoeg middelen om zich voor te bereiden op een bod, om de dialoog aan te gaan met alle partijen en om alternatieven te onderzoeken. In mijn optiek is de wet ‘wettelijke bedenktijd’ vooral symboolwetgeving om als regering aan de samenleving te laten zien dat zij er alles aan doen om ‘BV Nederland’ te beschermen. Er zijn echter genoeg middelen om ondernemingen te beschermen, bijvoorbeeld de responstijd van een half jaar. Dit geeft het bestuur de mogelijkheid om het recht van aandeelhouders – om bijvoorbeeld de wijziging van het bestuur – te schorsen met 180 dagen’, aldus Sijna.

Henk Arnold Sijnja is partner bij DLA Piper binnen de Corporate praktijk. Hij is afkomstig van Baker McKenzie. Hiervoor was hij partner bij Linklaters.Sijnja heeft veel ervaring in fusies en overnames, alsook beursovernames, kapitaalmarkttransacties, joint ventures en reorganisaties. Hij heeft veel ervaring opgedaan met transacties in de financiële en life sciences sector. Sijnja wordt aanbevolen in Chambers en Legal500 voor Corporate en M&A.

Lees meer over Henk Arnold Sijnja.

Gerelateerde artikelen