Raad van State: onbedoelde effecten Wet overgang van onderneming in faillissement
De Raad van State heeft kanttekeningen geplaatst bij het wetsvoorstel dat werkgevers verplicht om bij een doorstart na faillissement vrijwel alle werknemers over te nemen. Het advies van de Afdeling advisering werd op 15 december gepubliceerd. De Raad is niet tegen invoering, maar waarschuwt voor onbedoelde effecten.
Met de Wet overgang van onderneming in faillissement wil de regering de positie van werknemers versterken. Nu mag een doorstarter zelf bepalen welke werknemers een nieuw contract krijgen. Het wetsvoorstel bepaalt dat voortaan in principe alle werknemers die vóór het faillissement in dienst waren, meegaan naar de nieuwe onderneming.
Het voorstel bevat een uitzondering voor kleine ondernemingen. Wie een kleine failliete onderneming overneemt, kan ervoor kiezen de nieuwe regels niet toe te passen. De Raad van State waarschuwt dat deze uitzondering problematisch kan uitpakken, omdat het merendeel van de faillissementen kleine bedrijven betreft. Daardoor dreigt de uitzondering de hoofdregel te worden. Ook kunnen grote ondernemingen de uitzondering benutten bij de overname van een klein bedrijf. Bovendien is onduidelijk of de extra verplichtingen die aan de uitzondering zijn verbonden, niet te zwaar zijn voor ondernemers.
Als een doorstarter niet alle werknemers kan behouden, moet hij bij de selectie gebruikmaken van de inspanningsmethode. Die schrijft gedetailleerd voor welke werknemers als eerste een nieuw contract krijgen. Volgens de Raad is deze methode complex en kan zij potentiële overnames ontmoedigen. De regering moet beter onderbouwen waarom juist deze methode wordt gekozen.
Daarnaast verplicht het wetsvoorstel de doorstarter om werknemers een nieuwe arbeidsovereenkomst aan te bieden met dezelfde arbeidsvoorwaarden. De Raad wijst erop dat dit administratieve nadelen kan hebben voor zowel werkgevers als werknemers en adviseert deze gevolgen en mogelijke alternatieven nader toe te lichten.
