Hoe wordt private equity groener, gelijker en circulairder?
De foto’s van het event zijn hier te vinden.
Natuurlijk, een beetje borrel met een lezing van de M&A Community is altijd gezellig. Maar! Op het moment dat er ook echt wat op het spel staat en de leden van de community wat te winnen hebben krijgt de avond wel een bepaald soort hooggeladen sfeer die niet met een normale Community-bijeenkomst te vergelijken valt. Waar ging het over? De M&A Awards, natuurlijk. De jonge dealmakers in de categorieën Advisory, Legal en Privatye Equity mochten zich onderscheiden voor de Awards in hun categorieën middels rondetafelgesprekken. Adviseurs, ondernemers en advocaten die hun deals voor de Small Cap Award hadden ingezonden mochten hun zaken verdedigen tegenover de vakjury.
Om met die laatste categorie te beginnen: Maasbert Schouten (MaasInvest), Brigitte van der Maarel (NIBC Mezzanine Equity Partners), Rob van der Laan (Newport) en Robert de Boeck (Antea Participaties) bogen zich over een vijftiental pitches. Hilariteit (De Boeck introduceerde zichzelf als de ‘Jerney Kaagman’ van de jury), chaos met powerpointpresentaties en min of meer opzichtige pogingen om de jury om te kopen met de producten van de besproken bedrijven (saucijzenbroodjes van Bakker Bart en de chocoladerepen van Brand Loyalty deden het goed!) volgden.
In de zaaltjes waarin de jonge dealmakers het tegen elkaar moesten opnemen was de sfeer uitgesproken coöperatief te noemen. Natuurlijk, er kan er maar een de beste zijn, maar in een sfeer van respectabel overleg gaven de genomineerden hun visie op het vak en, hoe hun millennialperspectief verschilde van de boomers die nu de firma’s runnen. Kort gezegd: coöperatie en een beter beleid voor mens en planeet stonden centraal en het opbouwen van een duurzame band met klantfirma’s is belangrijker dan het snel pakken van zoveel mogelijk fees. The age of ego is over, lijkt het wel, net als die van het principe ‘winst voor alles’.
Wat het resultaat van de imponerende pitches op de jury’s is, zien we bij het bekendmaken van de Awards op 12 december. De tweede helft van de avond was besteed aan het daadwerkelijke Private Equity Forum. Net als bij de discussies onder de jonge dealmakers was hier ook het thema geheel in het teken van de nieuwe wind die door de sector waait. Het ging namelijk over duurzaamheid, hoe dat te meten en hoe bedrijven kunnen groeien, terwijl ze ook nog eens steeds groener, gelijker en circulairder worden.
Topadvocaat Gaike Dalenoord van NautaDutilh leidde de zaak in met een interessant vertoog over ‘soft law’ – wetten die weliswaar niet in beton gegoten zijn, maar toch veel invloed hebben op het zakenleven. Het gaat hierbij om formele doelen zoals de development goals van de VN, maar ook om soft laws in de vorm van maatschappelijke druk: Dalenoord liet niet voor niets een gifje zien van het beroemde ‘how dare you!’ Van Greta Thunberg.
Het expert panel werd afgetrapt door Robert Gronau van RobecoSAM. Deze dochteronderneming van het aloude Robeco heeft een extreem gedetailleerde manier ontwikkeld om aan de hand van duizend vragen en honderden criteria de duurzaamheid van bedrijven te meten. ‘Making the intangible tangible” is de missie: hoe van vage waarden als duurzaamheid en sociale rechtvaardigheid meetbare cijfers te maken. Met succes: RobecoSAM analyseert met een hoogontwikkeld model alle beursgenoteerde clubs en is van alle duurzaamheidsindices maatgevend en vormt de basis van de in de Dow Jones-opgenomen duurzaamheidsindex.
Vervolgens was het tijd voor een bedrijf dat op basis van deze methodiek opereert, namelijk ABN AMRO, bij monde van Tjeerd Krumpelman. De bank operationaliseert de duurzaamheidsprincipes van RobecoSAM en de voortdurend scherper aangestelde lessons learned om de hele bancaire keten, van leningen tot investeringen, te verduurzamen. Waar steekt de bank geld in? Hoe kunnen hypotheekklanten hun woningen verbeteren? Het hele DNA van de bank keert zich naar duurzaamheid. Krumpelman van de ABN was groot genoeg om toe te geven dat de index ook schandaaltjes meepakt: de CumEx affaire en het gedoe met Gerrit Zalm weegt ook mee in de score.
Tot slot was het woord aan Xenia Loos, een PE-director met een imposant track record. Ze had ook de meest originele visie op het onderwerp: dat ESG-targets halen eigenlijk niet een autonoom proces is of een KPI-gestuurde keuze, maar vooral een zaak van zakelijke hygiene. Een goede business heeft zijn zaakjes netjes op orde, stelde ze . Natuurlijk, nu gaat het nog niet overal zo, maar de maatschappelijke normen dwingen bedrijven steeds meer te denken in die richting. Dat sloot ook mooi aan op het verhaal van Dalenoord: schadelijk ondernemen, dat dóe je gewoon niet. Ook stelde ze dat nu de uitdaging was om ESG-targets niet te zien als moetje, maar als manier om waarde te creeëren, met als ultieme vorm impact investment, waarbij een gezond financieel resultaat gekoppeld is aan maatschappelijke verbetering. Met die lastige, maar mooie uitdaging in het achterhoofd mocht het gezelschap aan de borrel.