Overname inland terminals met duurzaamheid in vizier

Met de acquisitie van achtereenvolgens BCTN en Multi Container Services (MCS) werd het in Londen gevestigde Infracapital in één klap de belangrijkste speler in de Nederlandse en Belgische terminal scene voor de binnenvaart. Een branche die nog altijd wordt gekenmerkt door het grote aandeel van familiebedrijven.

BCTN, de grootste inland terminaloperator van de Benelux, werd twee jaar geleden door de Britten overgenomen, de acquisitie van de in Drachten gevestigde containeroperator MCS volgde kort daarop. Herman Deetman, Managing Director van Infracapital: “Het belang van schone en efficiënte logistiek voor in België en in Nederland gevestigde bedrijven neemt steeds meer toe, ook met het oog op de groeiende druk op het Europese wegennet. We willen beide bedrijven helpen hun rol als toonaangevende leveranciers van duurzame en essentiële infrastructuuroplossingen verder vorm te geven.”

‘Investeren in Europese bedrijven van hoge kwaliteit’

BCTN was voorheen eigendom van Alinda Capital Partners, MCS kenmerkte zich als traditioneel familiebedrijf en is vooral actief in het noorden van Nederland – met terminals in Leeuwarden, Groningen en Meppel – en heeft binnenvaartschepen onder contract met vaste lijndiensten naar Rotterdam. BCTN exploiteert acht inland containerterminals in Alblasserdam, Den Bosch, Roermond, Venray en in het Belgische Beringen, Geel en Meerhout.

Beide bedrijven werden ondergebracht in het Infracapital Partners III fonds, behouden vooralsnog hun eigen namen maar vallen gezamenlijk onder Inland Terminals Group. Deetman: “Met MCS en BCTN hebben we Europese bedrijven van hoge kwaliteit toegevoegd aan Infracapital Partners III, dit geeft een verdere geografische en sectorale diversificatie van het fonds. Nederland telt meer dan 50 inland terminals. Inland Terminals Group is gespecialiseerd in de overslag en het transport van containers die in de havens van respectievelijk Antwerpen en Rotterdam arriveren, waarna het vervolgtransport met binnenvaartschepen gebeurt.”

Op schone waterstof varend schip voor Nike-producten

Als voorbeeld noemt de Managing Director van Infracapital containers met Nike-producten die vanuit Azië in de haven van Rotterdam aankomen. De containers worden overgeladen op een op schone waterstof varend binnenvaartschip van rederij Future Proof Shipping, dat koers zet naar het logistieke centrum van Nike vlak naast de terminal in het Belgische Meerhout. De omgekeerde route wordt ook afgelegd: vanuit de Heineken terminal bij Den Bosch gaan containers per binnenvaart naar Rotterdam en vervolgens richting buitenland. Inland Terminals Group speelt een sleutelrol in dergelijk transport.

“Alleen het laatste stukje van de route wordt afgelegd met vrachtwagens en, omdat het om korte afstanden gaat, kunnen dat elektrisch voortgedreven trucks zijn”, licht Deetman toe. “Een vrachtwagen kan één, maximaal twee containers vervoeren. Op een binnenvaartschip passen er zeker 75. Keerzijde is dat de meeste schepen nog op conventionele diesel varen en dus een aanzienlijke carbon footprint hebben. Maar die is wel aanzienlijk kleiner dan wanneer je 75 vrachtwagens vanuit de havens van Rotterdam of Antwerpen, vanwege de lange afstanden óók op diesel rijdend, de weg opstuurt.”

‘Hard werken aan verduurzamen binnenvaartvloot’

Bovendien, zo benadrukt Deetman, wordt er hard gewerkt aan het verduurzamen van de binnenvaartvloot op schone waterstof of batterijen. “De kosten daarvan zijn hoog, maar als Infracapital kunnen wij de transitie faciliteren, al wil ik benadrukken dat wij in containerterminals en niet in schepen investeren. De binnenvaart telt, net als de terminalbranche, tal van familiebedrijven en duurzaam varen heeft een hoger prijskaartje dan op diesel gedreven transport. Maar het is ook een feit dat veel opdrachtgevers, als Nike, de kosten van schoon transport bereid zijn te betalen.”

Als gezegd; Infracapital – met 7 miljard pond beheerd vermogen en actief in 15 landen – is nu de grootste niet-familie gerelateerde speler in de sector en Deetman verwacht zeker meerdere acquisities in de toekomst.

‘Wij stappen in voor termijn van tussen de 8 en 12 jaar’

“Ons doel is de terminaloverslag in de Benelux zo efficiënt en duurzaam als mogelijk te laten verlopen, maar het is zeker niet onze focus om alle Nederlandse en Belgische terminals over te nemen”, zegt hij. “Als we instappen, doen we dat voor een langere termijn dan bijvoorbeeld private equity, onze norm is tussen de 8 en 12 jaar. Met investeringen laten we bedrijven groeien. En naast M&A-activiteiten zijn wij nauw betrokken bij het realiseren van geheel nieuwe terminals. Zo hebben we een belang van 50 procent in een terminal in aanbouw bij Deventer die volgend jaar gebruiksklaar moet zijn, de grond pachten we van de gemeente.”

Twee jaar geleden kwam Infracapital in het nieuws als één van de vijf overnamekandidaten van de in financiële problemen geraakte Amsterdamse afvalverwerker AEB. De acquisitie door Afvalverwerking Rijnmond (AVR, een Chinees-Rotterdams bedrijf dat een bod van 450 miljoen deed) werd eerder dit jaar door de Autoriteit Consument & Markt verboden; er zou een te machtig bedrijf in het Nederlandse landschap van afvalverwerking ontstaan.

Interesse Infracapital in nieuw verkooptraject AEB

Nu wordt AEB opnieuw in de etalage gezet, alleen de al jaren met technische problemen en kinderziektes kampende scheidingsinstallatie, die onder meer plastic en papier uit huisvuil haalt, blijft dit keer buiten de verkoop. “Infracapital was twee jaar geleden als één van de overnamekandidaten in de race voor de acquisitie van AEB”, bevestigt Deetman.

De aandelen van de afvalverwerker zijn voor 100 procent eigendom van de gemeente Amsterdam en het stadsbestuur heeft als strikte verkoopvoorwaarden gesteld dat CO2-besparing en andere duurzaamheidsdoelen van AEB in goede handen moeten overgaan. “Dit is zeker een interessante branche voor ons als investeerder in duurzame infrastructuur en dus kijken we hier ook echt serieus naar.”

Herman Deetman (55) studeerde economie aan de Universiteit van Amsterdam en behaalde een Master in Japanse taal en studies aan de Universiteit van Londen. Hij startte zijn carrière bij investeringsbank Kleinwort Benson, stapte over naar UBS en koos vervolgens voor Deutsche Bank en HSBC. Om in 2019 – met inmiddels meer dan 25 jaar ervaring als financieel adviseur van bedrijven, overheidsinstanties en investeerders – bij het in Londen gevestigde Infracapital aan de slag te gaan.