Drie fasen om AI bedrijfsbreed in te gaan zetten

Tijdens een sessie op PE Summit 2024, vertelt Bart Veenman (KPMG) hoe AI maximale waarde kan toevoegen.

Zeker, kunstmatige intelligentie (AI) gaat ingrijpende gevolgen hebben voor alle aspecten van de bedrijfsvoering. Maar willen bedrijven vooroplopen en zorgen dat AI op korte termijn al werkelijk grote waarde gaat toevoegen, moeten ze het aandurven om AI breed in te zetten.

Dat zegt Bart Veenman, senior manager AI van KPMG Technology tijdens het Private Equity Summit 2024.

Futurist Roy Amara wist het in 1960 al: “We overschatten vaak het effect van technologie op de korte termijn en onderschatten het effect op de lange termijn.” Bart Veenman, senior manager AI van KPMG Technology, citeert de uitspraak instemmend.

Zeker in het geval van kunstmatige intelligentie (AI) gaan de ontwikkelingen snel en lijken de gevolgen nu al ingrijpend, voegt hij toe. Maar in wezen gaat het tot dusver vooral om beperkte efficiencyvoordelen: het kost minder tijd om mailtjes op te stellen, bijvoorbeeld, en aantekeningen maken gaat makkelijker. Maar op termijn – Veenman schat binnen één tot drie jaar, als de technologie veel krachtiger is dan nu – zal AI veel verder doordringen in ons dagelijkse bestaan en op alle bedrijfsprocessen van invloed zijn.

Een groot gedeelte van de presentatie van Veenman bestaat uit demonstraties van wat er nu al mogelijk is, al zijn de AI-toepassingen misschien nog in een prematuur stadium. Het meeste indruk maakt de ‘voice clone’-technologie: Veenman spreekt in het Engels een boodschap in, en kan – vrijwel in real time – een Italiaanse versie van zijn tekstje fabriceren. Nog even en de ‘universal translator’ uit Star Trek bestaat echt.

Drie fasen
Willen bedrijven werkelijk profiteren van dit soort krachtige mogelijkheden die AI de komende jaren gaat bieden, zullen ze meer moeten doen dan experimenteren. Meer dan zich alleen richten op ‘uses cases’ en proof-of-concepts, maar de stap moeten maken naar schaalbare, geïntegreerde oplossingen. Ze moeten, zoals hij het uitdrukt, drie fasen doorlopen.

Fase 1 is ‘agent-augmentatie’, met AI-tools om individuen te ondersteunen. Mailtjes schrijven en verslagen maken, zoals gezegd en daarnaast bijvoorbeeld rapportages opstellen, administratief werk verrichten en data-analyses ondersteunen.

Fase 2 is ‘enterprise augmentatie’ (schaalbare AI-oplossingen in de hele organisatie). Denk aan toepassingen in financiële processen, aanbestedingen en supply chain management.

Bedrijven in fase 3 beschikken over ‘cognitieve engines’, met ‘digitale hersenen’ waarin alle data en AI-modellen in een bedrijf samenkomen. Dit kan alleen als bedrijven niet alleen in silo’s werken, maar ook een crossfunctioneel gaan opereren. “Zodat HR en Finance van elkaars kennis kunnen profiteren, bijvoorbeeld.”

Strategisch denken noodzakelijk
Momenteel hebben bedrijven moeite om de stap van fase 1 naar 2 te maken. Veenman raadt bedrijven die zich verder willen bekwamen in het gebruik van AI aan om vooral strategische keuzes te maken. Dus vooruit te kijken, prioriteiten te stellen: welke AI-toepassingen kunnen tot minimal viable product worden ontwikkeld en daarna bedrijfsbreed worden uitgerold?

Want net als bij andere transformaties is lange termijn visie en commitment nodig om de ingrijpende veranderingen door te kunnen voeren. Een belangrijke uitdaging is om zowel leiderschap als medewerkers mee te krijgen in die veranderingen. Leiders moeten dat langetermijnperspectief kunnen neerzetten. Tegelijkertijd moet AI-adoptie van onderop groeien, met ruimte voor vragen en omarming van nieuwe manieren werken.

Als het goed is, ‘maakt AI intelligentie schaalbaar’ en wordt het bedrijf dan gaandeweg slimmer en slagvaardiger. “Dan zal blijken dat AI disruptieve kracht heeft. Maar daarvoor moeten bedrijven wel terug naar de tekentafel gaan”, vat Veenman samen. “Als jullie iets van mijn presentatie moeten onthouden, dan dat.”

Lees ook: Van 1,3 biljoen tot megatrends: De opkomst van infrastructuurinvesteringen in de 21e eeuw

Gerelateerde artikelen