Een bezoek aan de toekomst van de voedselvoorziening

Laatst gewijzigd: 20 juli 2023 13:21
Eelco Ockers, CEO van PlantLab, vertelt over de toekomstige stappen van de scale-up.

De prijs die we voor ons voedsel betalen is niet altijd de prijs die daadwerkelijk wordt betaald. Ons avondeten komt niet zomaar op onze borden terecht. Daar gaat vaak een lange – tegelijkertijd milieuschadelijke – weg aan vooraf. PlantLab heeft de missie om het wereldvoedselprobleem op te lossen. Onlangs heeft de scale-up een investering opgehaald van 50 miljoen euro, die is geleid door De Hoge Dennen Capital. Daarmee komt het totale bedrag dat is geïnvesteerd op 120 miljoen euro.

PlantLab heeft drie vestigingen: in Amsterdam, in Indianapolis en op de Bahama’s. Een rondleiding door de vestiging in Nieuw-West volgt. Ockers vertelt enthousiast over de zogeheten Plant Production Units (PPUs): de afgesloten ruimtes waarin – met behulp van technologie – gewassen kunnen groeien. Mijn zintuigen worden geprikkeld als de deur van de afgesloten ruimte opengaat. De geur van basilicum doordringt mijn neus. Mijn ogen krijgen een kijkje in de toekomst van de voedselvoorziening.

Geen nieuwkomer

Al in 200hebben de drie oprichters John van Gemert, Marcel Kers en Leon van Duijn het eerste patent geregistreerd. ‘’Zij begonnen met het idee: Wij willen het wereldvoedselprobleem helpen oplossen. Er zijn natuurlijk een aantal problemen: water- en pesticidegebruik en het feit dat voedsel ver moet reizen voordat het bij de eindbestemming is. Wat zou daar een oplossing voor kunnen zijn? In bevolkte gebieden op heel weinig grond gewassen verbouwen. Dat is dus vertical farming. De oprichters waren hun tijd bizar vooruit – zij hadden ook de visie. Maar de tijd was er nog niet om op grote schaal te produceren.’’

In het begin voerden de oprichters werkzaamheden uit voor verschillende opdrachtgevers in de voedsel- en landbouwindustrie. ‘’Zij deden de research & development voor andere bedrijven, zoals voor zaadveredelaars. Wat betekent dat? Als jij een nieuw ras zaad wilt ontwikkelen, duurt dat meer dan tien jaar. Als je dat indoor gaat doen, kan je dat versnellen. Het mooie daarvan is dat zij ongelofelijk veel kennis hebben opgedaan. Dat is ook moeilijk in te halen voor andere bedrijven.’’

Wanneer kwam het moment dat de oprichters zelf wilden beginnen met het produceren?

‘’Een jaar of vijf geleden was de tijd rijp om het zelf te gaan doen. Daarvoor was natuurlijk geld nodig. Hoge Dennen Capital heeft toen ook de eerste investering gedaan. Destijds is 20 miljoen euro opgehaald. Met dat geld zijn de eerste drie locaties opgestart. We hebben onder heel verschillende omstandigheden gekeken of we daar indoor farms konden bouwen en of we daar ook kruiden, sla en andere gewassen zouden kunnen produceren.’’

Hoe is de samenwerking met De Hoge Dennen Capital?

‘’Hoge Dennen zit erin met een lange termijnvisie. Zij heeft niet de normale exit zoals andere private equity investeerders die er na vijf jaar uit willen stappen. Picnic is het mooiste voorbeeld daarvan. Zij groeien echt mee met de onderneming en met het managementteam.’’

Is De Hoge Dennen Capital meer hands-off of hands-on?

‘’Ik zou ze in het midden scharen. Ze zijn heel ondersteunend maar zitten zeker niet op je nek. Ik heb hiervoor met Britse private equity investeerders gewerkt. Elke maand heb je dan een heel uitgebreide business review en rapportage. Dat zou bij ons helemaal niet passen.''

Alternatieve landbouw

Het gesprek vindt plaats in de vestiging in Amsterdam, maar Eelco Ockers vertelt ook over de andere twee vestigingen in Indianapolis en op de Bahama’s. ‘’Alle markten hebben hun eigen dynamieken, retailers, afzetkanalen en uitdagingen. Dat was het idee met het opschalen: drie keer het echt anders doen. Die locaties zijn onvergelijkbaar’’, vertelt hij. In de Verenigde Staten is vertical farming inmiddels al geaccepteerd. Echter, op de Bahama’s zijn er nog de nodige uitdagingen. ‘’De energietoevoer is daar instabiel. Er zijn daar meerdere storingen per dag. Hoe ga je daarmee om? Dat is in het begin erg lastig. Dat geeft ook onzekerheid.’’

‘’On the positive side: daar groeit niets’’, vervolgt hij. ‘’Het is een pittig klimaat. Alles wordt ingevlogen. De kwaliteit van wat daar aanwezig is, is zeer matig en de prijzen zijn enorm hoog. Als je dat lokaal gaat produceren, is dat goedkoper. Je kunt er een heel mooi product van maken. Dat plantje heeft nooit te maken gehad met de moeilijke weersomstandigheden en beestjes. Bij ons wordt het geoogst en dezelfde dag ligt het nog in de schappen. Het is daardoor tien dagen verser.’’

Volgens hem biedt vertical farming een oplossing voor het wereldvoedselprobleem. "Ten eerste: je kunt in veel voedsel voorzien. Ten tweede: je doet dat op heel weinig land. Wij gebruiken 99 procent minder land, dus één procent van de normale landbouw. Wij gebruiken ook 95 procent minder water. Landbouw is erg waterintensief. Water is tevens een van de grote schaarstes van de toekomst. Wij hebben een gesloten systeem. Door middel van fotosynthese hergebruiken wij het water. We hebben ook geen pesticiden. Mensen willen niet meer zoveel pesticiden op hun eten hebben. In veel van die facetten en uitdagingen leveren wij een oplossing.’’

Zijn er ook nadelen?

‘’De grootste uitdaging die wij hebben is het energiegebruik. Wij gebruiken natuurlijk met de led-verlichting energie. Wij zijn constant bezig, samen met onze leveranciers, met manieren te vinden om de led-verlichtingen energiezuiniger te maken. Hoe kunnen we de planten laten groeien terwijl de planten maximaal licht krijgen? Je bent ook bezig met de vraag of je met zonnepanelen kunt werken. Als je die loop weet te closen, ben je bijna circulair. We gebruiken nu al enkel groene energie.’’

Klimaat nabootsen

De techniek van PlantLab bootst als het ware het klimaat na. Wat die techniek precies inhoudt? ‘’Het is een combinatie van alles’’, benadrukt Ockers. ‘’Hier zitten mensen die precies zien hoe alles gaat. Afhankelijk van de omstandigheden – die perfect moeten zijn – wordt dat allemaal nauwlettend in de gaten gehouden. Als je ergens ziet dat de lichtopbrengst niet goed is, kunnen we zien wat er fout gaat en kunnen we het vervolgens ook oplossen. Dat is de software erachter. Wat wij hier doen kun je kopiëren. Hoe wij het hier doen, kun je niet kopiëren. Een mooie vergelijking is de iPhone. De software achter de iPhone kun je niet kopiëren. Dat is de uitdaging. Dat is bij ons precies hetzelfde.’’

Wat onderscheidt jullie?

‘’Dat is deels de techniek. Wat ook heel belangrijk is, is dat wij al zo lang bezig zijn. We hebben een hoop technologische kennis en techniek. Die dingen onderscheiden ons. Het derde is: wij kunnen het al. Op drie plekken in de wereld hebben we dat bewezen. Waar wij drie tot vier jaar geleden waren, zijn de anderen nu pas. Er zijn ook natuurlijk partijen die groter zijn dan wij, maar wij lopen wel redelijk vooraan.’’

Hoe werkt het vinden van vastgoed voor de farms?

‘’Deels van het verhaal is dat je zo dichtbij mogelijk bij je afnemer wilt zitten. Je footprint is dan ook klein. Je hoeft er niet naast te zitten. Een locatie zoals hier binnen de ring is wel erg duur. Als je in Eindhoven een grote klant hebt, kan je prima in Waalwijk in een industrieterrein zitten wat twee keer zo goedkoop is.’’

Niet op je neus gaan

Wat zijn de grootste uitdagingen die jullie de afgelopen jaren zijn tegengekomen?

‘’De uitdaging die wij nu moeten kraken: hoe kunnen we in hoge snelheid op grote schaal nieuwe farms uitrollen? Er zijn ontzettend veel partijen die met ons samen willen werken. Die vraag is er.’’

Sneller als in meer oogsten?

‘’Bij wijze van spreken. Dat moet ook het doel zijn. Mensen willen eten. Om voedsel uit Costa Rica uit te laten vliegen, is eigenlijk van de zotte. Je kan het ook hier produceren. Wij kunnen elk klimaat nabootsen. Je kan alles in Nederland produceren.’’

Wat is de grootste uitdaging geweest in de afgelopen jaren?

‘’De grootste uitdaging in de afgelopen jaren: hoe krijgen we die farms gebouwd in coronatijd? Velen zaten aan de andere kant van de aarde. Veel technische kennis zit hier. Alles zat op slot. Maar het was wel een grote uitdaging.’’

Dat was dus een operationele uitdaging?

‘’Ja, maar de uitdaging van de toekomst is ook een operationele uitdaging. De vraag is daar. Maar hoe ga je de mensen voorzien?’’

Meegroeien?

‘’Ja, maar ook schalen.’’

Wat zijn de valkuilen waar je waakzaam voor moet zijn als scale-up?

‘’Waar je waakzaam voor moet zijn, is dat je heel hard wilt gaan en niet op je neus gaat. Wij hebben nu aanvragen voor farms op vijf verschillende continenten en dan op heel verre locaties. Dat we alles tegelijkertijd zouden doen en dus geen focus aanbrengen. Dat is echt een watch out. Daarom zeggen we nu: Noord-Europa en Amerika zijn onze focusgebieden.’’

Niet te veel hooi op je vork nemen?

‘’De juiste hoeveelheid hooi op je vork nemen, want je wilt wel veel hooi op je vork nemen. Je moet ervoor zorgen dat de organisatie niet omvalt. De juiste keuzes maken om je groei te versnellen en dat je daar naartoe werkt.’’

Gerelateerde artikelen